Je bent uitgeput van je eigen klusinspanningen en je, wegens corona, thuiswerkende buurman klust al dagen achtereen in zijn achtertuin. Tot overmaat van ramp wordt er een basketbalnet opgehangen en dat is het moment waarop ik panikeer. De doffe klappen van de zware basketbal, het aanhoudende getik, het zijn geluiden die diep binnenkomen en mijn hartslag direct laten stijgen. Bij het idee dat dit een dagelijks omgevingsgeluid kan worden van hun spelende zoon, stroomt de energie uit mijn benen en voel me ik plots een gevangene in mijn eigen huis.
Ik woon er graag, heb het naar mijn zin en ook met de buren is er een fijn en warm contact. We lopen de deur niet bij elkaar plat, maar hoe het goede buren betaamt, zijn we hulpvaardig naar elkaar en is er altijd dat praatje. Niks aan het handje dus.
In mijn paniek ben ik meteen naar buiten gelopen en heb zo goed en zo kwaad als het ging, immers de emotie was heftig, laten blijken dat ik het er niet mee eens was. Achteraf bezien is dit het moment geweest waar ik echt voor mezelf ben opgekomen en zonder schroom heb laten zien hoe het me raakte. Ongepolijst en heel kwetsbaar.
Soms zijn er momenten, dan is het nu of nooit. Dan heb je plots de schijtfactor en maakt het even niet meer uit hoe het overkomt. Dan is het roepen om erkenning en begrip in plaats van de altijd zo weloverwogen houding en rekening-houden-met-de-ander-modus. Nee, dan is het even mooi geweest.
Voor de goede verstaander, hier ligt natuurlijk een hele ontwikkeling onder en illustreert dit voorbeeld de onmacht die je soms kan voelen. Je kan er op vele verschillende manieren mee omgaan, maar gaan staan voor de zaak, opeisen, kan dus ook. Als HSP-er tonen we ons meestal niet ongevoelig voor de ander, maar soms is het de snelste weg naar meer respect.
Hoe het afliep? In alle rust en redelijkheid. Niemand wil het speelgenot van zijn buurjongen beperken dus we zijn in gesprek tot afspraken gekomen. Zonder me zo kwetsbaar te tonen, was ik zover niet gekomen.