Iemand heeft als kind een ouderrol aan moeten nemen, waardoor eigen verlangens en behoeften niet aan bod kwamen. Er zijn twee basiselementen van parentificatie: 1. Het voortzetten van het als kind aangeleerde, als levensnoodzaak, maar ook als belonend ervaren gedrag, dat zich kenmerkt door: zorg hebben voor de ander, toedekken van conflicten, opoffering met voorbijzien van eigen wensen en verlangens. 2. Het onvervuld blijven van eigen behoeften en verlangens, zoals de behoefte aan veiligheid, geborgenheid en verzorging. En daarmee samenhangend, het negeren van verlangens om zelf meer ruimte in te nemen, geen aandacht vragen voor zichzelf, niet voor zichzelf opkomen en de neiging een claimende ander agressief te bejegenen. Parentificatie houdt zichzelf in stand, bijvoorbeeld omdat jezelf wegcijferen belonende kanten heeft. Jij bent de enige voor iemand, wat egostrelend werkt. Daarnaast hoef je geen verantwoordelijkheid te nemen voor je eigen behoeften en verlangens. Confrontaties met pijn en verdriet kunnen hierdoor worden vermeden. Echter uiteindelijk zal dit gedrag opbreken. Kenmerkend aan parentificatie is het schijnbaar onvermoeibare en grenzeloze altruïsme in het contact met anderen. Mensen die uitblinken in opofferingsgezindheid, bieden van steun en verantwoordelijkheidsbesef.
Onvoldoende voor jezelf zorgen Ofwel een te sterk verantwoordelijkheidsgevoel. Het verantwoordelijkheidsgevoel levert goede relaties op, omdat ze uitstekend voor anderen kunnen zorgen. De valkuil is dat zij zichzelf hierbij vergeten. Ze weten niet meer waar ze zelf behoefte aan hebben of naar verlangen. Ze vergeten aandacht te geven aan zichzelf of hebben niet geleerd hoe dat moet. Het zorgen voor anderen gaat goed zolang er energie terugkomt. Een burnout ligt op de loer wanneer de balans hierin scheef raakt of er onverwachte grote tegenslagen zijn.
ad 2. het narcistische conflict
Aangeleerde hulpeloosheid ontstaat
doordat je niet goed voor jezelf kunt zorgen. Bijvoorbeeld omdat je niet weet
hoe dat moet of je kan je niet ontspannen. Aangeleerde hulpeloosheid uit zich
in overvraging wat te maken kan hebben met een negatief zelfbeeld, dwangmatig
nastreven van erkenning, perfectionisme, of een persoonlijkheidsstoornis.
Kenmerkende gedragingen zijn het zichzelf voortdurend onder druk zetten,
zichzelf geen plezier gunnen en zich opofferen zonder rekening te houden met
eigen behoeften. Een motivatieprobleem zorgt ervoor dat hierin geen
ontwikkeling plaatsvindt. Het gevolg van aangeleerde hulpeloosheid is een
gebrek aan een gezonde coping. In plaats van het probleem actief aan te pakken
wordt het vermeden of ontkend. Daardoor blijven de problemen in stand.
Perfectionisme is een extreme vorm van nauwkeurigheid. Het niet perfecte kan niet als waardevol worden beoordeeld, waardoor deze mensen zichzelf gemakkelijk te kort doen. Bijvoorbeeld door zichzelf te straffen als ze het niet goed hebben gedaan. Ze zitten zichzelf en anderen ermee in de weg, omdat er hoge verwachtingen liggen. Op het werk kan een perfectionistische houding opleveren dat iemand zo hard werkt, dat hij er aan onderdoor gaat. Iemand kan door zijn perfectionistische houding niet meer aan de eigen kwaliteitseis en de externe productie-eis voldoen.
"Man is least himself when he talks in his own person. Give him a mask and he will tell you the truth." - Oscar Wilde
Bovenstaande verborgen patronen van burn-out maken dat je je niet losmaakt uit een beklemmende situatie. Er is een structureel gebrek aan contact met het innerlijke, waardoor behoeften, lichaamssignalen en verlangens niet worden opgemerkt. Je bent je innerlijk kompas kwijt.